maandag 31 augustus 2009

Nachtkaars…

Een week na de laatste ronde zijn de wonden wel geheeld, en kunnen we - voorafgaand aan weer een slopend seizoen - proberen nog een korte evaluatie van de PK RSB te maken. Want gaandeweg kon er over de prestaties van de CE-ers weinig positiefs meer geschreven worden. Het is dat Gerrit Boer in één van zijn laatste acties als secretaris zo slim was om bij Jaap Staal nog tijdens de PK direct een inschrijfformulier onder de neus te duwen, anders hadden we hier moeten melden dat André Coenen de beste CE-er van de PK is geworden. Nu kunnen met recht deze troostprijs toekennen aan ons ere-lid. Ogenschijnlijk zonder veel last te hebben van de warmte – hoewel het schijnt dat hij tussen de wedstrijddagen in een zuurstoftent moest worden opgelapt – wist Jaap met fraaie overwinningen op Melvin Holwijn en Rick Ensering op 4,5 punt en een positieve TPR te komen. Jaap is de laatste tijd weer eens wat aan openingen gaan doen, en dat betaalt zich in zijn geval direct uit omdat hij nu veel minder vaak vanuit de opening in een slechtere stelling terecht komt waarin hij moet vechten voor de remise, maar in plaats daarvan vanuit een gelijke stelling – gebruik makend van zijn jarenlange ervaring – voor de winst kan spelen. Ik ben ervan overtuigd dat een Jaap in deze vorm hele hoge ogen gaat gooien in zowel de interne als externe.

Het trio Cor de Wit, John Leer en Carel Vredenborg liet het de laatste ronden een beetje afweten. Het ontbrak de helden aan energie om vanuit de middenmoot nog een jump te maken naar de hogere borden, en dat wordt nog het meest geïllustreerd door de plichtmatige remise tussen John en Cor in de laatste ronde . Er valt ook weinig of niets te vertellen over de partijen, en nog minder om te laten zien. Mijn overwinning op Nathanael Spaan – de eerste in tientallen PK partijen – kwam puur en alleen tot stand omdat Nathanael een vol stuk weggaf. In de ronde erna overkwam mij hetzelfde toen ik een kwaliteit wegblunderde, en de remise in de laatste ronde bleek achteraf ook een kadootje. Met 3,5 uit 7 mogen deze spelers niet echt tevreden zijn, zeker John niet die door de verliesbeurten tegen Leo Kranenburg en Henk-Jan Evengroen ver onder zijn rating presteerde.

De vierde speler met 50% is Lennard den Boer. Lennard speelde een beetje een wisselvallig toernooi, en wist zich nooit echt uit de middenmoot naar de hogere borden op te werken. Wel had hij een aantal mooie overwinningen, en in de eerste ronde tegen Oscar van Veen had hij zeker een halfje verdiend. André Coenen tenslotte wist met twee punten in de laatste twee ronden nog deze vier spelers op een halve banddikte voor te blijven. André had een uitgekiende strategie, met een bye in de eerste ronde, en scoorde tegen de tegenstanders met een rating van minder van 1900 3,5 punt uit 4. De twee partijen tegen de 2000+ spelers gingen daarentegen verloren. Op basis van deze statistieken moet hij zich toch moeiteloos kunnen handhaven in groep 1 van de interne, en in de externe een dikke pluscore neerzetten.

In de eindstand van groep B is het een heel eind naar beneden scrollen om de resultaten van de CE-ers te vinden. Adri Jumelet begon met een desastreuze nul uit 3, maar herstelde zich daarna om te eindigen op 3 uit 7. Wel kost zijn hopeloos lage TPR hem weer een pak elopunten, wat ongetwijfeld weer gevolgen zal hebben voor zijn plaatsing in de bondsteams. Maar hoe het ook zij, Adri toont wel de wilskracht om zich te blijven meten met anderen in externe toernooien en dat kan van menig CE-er niet gezegd worden. Als hij nu eens nog wat meer gaat winnen van sterkere spelers en wat minder zijn hoofd verliest tegen zwakkere spelers, gaat zijn TPR en daarmee zijn rating vanzelf wel omhoog, en komt hij te spelen op een plek die recht doet aan zijn speelsterkte.

Gerrit Boer kan al helemaal niet tevreden zijn over zijn toernooi. Vorig jaar nog meedraaiend in de top, dit jaar was het helemaal niks. Maar Gerrit maalt daar niet om, speelt voor zijn lol en of hij nu wint of verliest hij blijft altijd goedgeluimd. Een bewonderenswaardige instelling.

Dan hebben we nog één iemand niet genoemd en dat is Sophia Thoma. Samen met Naomi Snikkers streed zij in groep A voor het Dameskampioenschap van de RSB. De onderlinge confrontatie in de zesde ronde eindigde na lange strijd in remise, waarna de beslissing in de allerlaatste ronde viel. Naomi verloor en Sophia won, zodat laatstgenoemde met 2,5 uit 7 de beste dame werd. Helaas hebben de oude heren bestuurders van de RSB in een misplaatst gevoel van superieure masculiniteit in het reglement laten opnemen dat de titel Dameskampioen van de RSB alleen vergeven wordt als de beste dame ook nog minimaal 50% haalt. Deze belachelijke regel schijnt te moeten voorkomen dat bij deelname van slechts één dame de titel moet worden toegekend aan iemand die bijvoorbeeld 0 uit 7 heeft gehaald, maar deze regel toont aan dat de RSB in deze het damesschaak totaal niet serieus neemt. In plaats van de deelname van dames aan de PK te stimuleren – direct door bijvoorbeeld een hoger prijzengeld of indirect door bijvoorbeeld te investeren in trainingen voor dames – werpt deze regel juist een barriere op voor dames die eventueel overwegen om mee te doen. Gegeven de verschillen in mannen en vrouwen, ook in de schaaksport, is het al merkwaardig dat de dames in dezelfde groep meespelen als de heren, hoewel dat juist een positief effect kan hebben op de speelsterkte van de dames. Maar om dan daarnaast de Damestitel ook nog afhankelijk te maken van de relatieve prestatie in een groep met vrijwel uitsluitend mannen is een ridicule voorwaarde. De WK titel op de marathon voor dames wordt toch ook niet afhankelijk gemaakt van de eindtijd van de snelste man? Als het inderdaad zo is dat de RSB liever niet heeft dat het Dameskampioenschap gaat naar een dame met een lage score, moet de RSB ervoor zorgen dat er meer en betere dames komen, en die laten meedoen.

Op de diverse andere websites staan nog wat mooie, leuke en soms inspirerende verslagen van deelnemers die zich ook de moeite hebben getroost om naast het spelen van hun partijen op geheel eigen wijze verslag te doen van wat toch wel een traditioneel gezellig toernooi is geworden. Hopelijk lukt het Simon van der Beek om volgend jaar weer de RET zover te krijgen dat de PK in de remise aan de Kleiweg gehouden kan worden. Mocht dat niet lukken, dan is dit voor onze vereniging een goede gelegenheid om de PK eens naar Rotterdam Zuid te halen.

Carel Vredenborg

2 opmerkingen:

lennard zei

ik miste hem al! was inderdaad geen goed toernooi voor ons. Volgend jaar beter!

mokumtiger zei

Carel, mooie schriftuur, maar laat de dames in kwestie maar eens bewijzen dat ze de titel RSB-kampioene waardig zijn.
Bij biljarten ereklasse of de hoofdgroep van C/E komen de stofdoeken niet in aanmerking; daar telt prestatie.laat staan het RSB-kampioenschap.