In deze tijden van onzekerheid is er maar één ding waar we ons aan kunnen vastklampen: elke vrijdag avond zijn in De Passage de investeringen hoog en de rendementen bijzonder laag. Met dat verschil dat minister Bos niet van zins lijkt te zijn om de verloren punten te compenseren. Elke avond weer zijn de belangen groot, de resultaten verrassend, en in de tussenstand wisselt de koppositie nog vaker dan Balkenende van kabinet.
Nadat het derde team de avond ervoor overtuigend de uitwedstrijd tegen Onesimus had gewonnen, kwam Harm de Oude met zijn mannen revanche halen in de viertallen competitie. Het talententeam van Charlois hield de schade beperkt tot een 3-1 nederlaag, zodat dit seizoen de mini-massakamp tegen Onesimus met een 7-5 overwinning is afgesloten.
Ook was te zien dat het bestuur van CE wat slimmer met de centjes omgaat dan de gemiddelde Nederlander (of beter gezegd bemiddelde Nederlander, gezien de bedragen die men zoal heeft weggezet). Een paar nieuwe digitale klokken, en een nieuw demonstratie bord voor de jeugd: dat zijn pas investeringen voor de toekomst met een gegarandeerd rendement.
In groep 1 stonden zes partijen op het programma. Om eventuele Pernisser combines bij voorbaat te voorkomen, traden Peter Kemner en Piet Verheij nu al tegen elkaar in het strijdperk. Normaliter is de meerijdende partij altijd psychologisch in het nadeel ten opzichte van de chauffeur, maar in dit geval waren Piet’s pion-investeringen nog minder waard dan de IJslandse kroon, en was hij in no-tine bankroet.
Wie wel last had van het meerijders syndroom was Dick de Wit: een goed getimede opmerking dat het terug door de Maastunnel toch wel erg ver lopen was, deed hem tegen Carel Vredenborg niet verder aandringen, en kon hij de zoveelste remise laten aantekenen.
De gebroeders Van Overdam hadden deze keer een slechte avond. Koploper Jan junior ging onderuit tegen John Leer. John zette zijn partij hypermodern op; een speelstijl waar Jan duidelijk geen raad mee wist. Grote broer Julian kreeg een gemotiveerde Arjan van der Leij tegenover zich. Arjan is een door de wol geverfde KNSB speler, en die laten zich niet zomaar van het bord zetten. Zo is de Overdam euforie vooralsnog even in de kiem gesmoord.
Ton Dulk en Hans Uitenbroek leverden een zeer spannende partij af. Mister solid rock trok een positionele muur op waar onze problem wizard niet zo gauw doorheen kon komen. Toen de tijd begon te dringen verloor Hans zelfs ook nog een kwaliteit, maar in de uitvluggerfase bleek hij toch wat slagvaardiger te zijn. Kwaliteit weer terug, toreneindspel, pionnetje winnen, en de muur brokkelde lang maar zeker af en stortte uiteindelijk toch in elkaar. Een belangrijke overwinning van Hans, want dit zijn de potjes waarmee je kampioen wordt, en een zure nederlaag voor Ton.
Blijft nog over het duel tussen Gijsbert Kamerman en Filip Borst, we kunnen er helaas niet omheen. En het moet gezegd worden: Gijsbert is de laatste tijd in vorm, en liet Filip geen schijn van kans. Na zijn zegetocht als teamleider van het tweede is hij nu ook koploper in de interne. Hopelijk is dat als ik terug ben van vakantie anders, want van deze tussenstand wordt niemand blij toch?
Gauw maar naar groep 2, waar GertJan Pellikaan zijn opwachting maakte in zijn eerste duel bij Charlois Europoort (ooit? – in ieder geval sinds hele lange tijd). Tegen Jesus Canedo maakte hij een nette remise.
André Coenen won van Coen van Baren. Laatstgenoemde deed van alles om het positionele spel van André te ontregelen, maar slaagde daar niet in. Kresna Soerjadi moest ook al alle zeilen bijzetten om Peter Overduin in het verre eindspel te verschalken. De toeschouwers hadden het gevoel dat Peter hier tekort werd gedaan, maar tegen de fluwelen eindspelbehandeling van Kresna zijn maar weinigen bestand, dus het zal allemaal wel ver van tevoren berekend zijn.
Het vooraf aangekondigde topduel in deze groep, John van de Laar tegen Herman van Malde eindigde toch een beetje in een climax. Niet dat er snel remise werd gegeven, integendeel aan het eind stonden slechts twee koningen en twee paarden (ieder één) op het bord, dus er was wel degelijk gestreden. Maar tijdens de gehele partij miste ik een beetje het heilige vuur: wellicht angst, of toch wederzijds respect voor elkaar?
De mooiste partij van de avond was die tussen Adri Jumelet en Marcel Dirks. Lange tijd zag het er naar uit dat Adri zijn tegenstander in de tang had en zijn eerste overwinning kon bijschrijven. Daarna wist Marcel zich stukje bij beetje los te wurmen, en even leek het erop dat hij alsnog aan het langste eind zou trekken. Maar de combinatie van geniale en onbegrijpelijke zetten van Adri werd hem toch teveel, en nadat de kansen toch weer in het voordeel van laatstgenoemde waren gekeerd, werd met de vlaggen op vallen tot remise besloten.
Komende vrijdag verruilen we de interne even voor een gezellig avondje probleemschaak. Grijp die kans om eens ingewijd te worden in de geheimen van deze mooie schaakdiscipline!
Schrijver dezes neemt ook even een break, om hoog in het Andes gebergte al dan niet met behulp van hallucinerende middelen op zoek te gaan naar de werkelijke essentie van het schaken. Ik ben er namelijk vrijwel zeker van dat de beroemde Nazca lijnen in Peru niets minder zijn dan de Inca-oplossing van het beroemde Knight’s Tour probleem (waarbij een paard alle 64 velden slechts één keer moet bezoeken), en dat vele honderden jaren eerder dan Euler dat deed……
Verslag: Carel Vredenborg
1 opmerking:
Gelukkig ligt de tijd dat 1800 spelers bovenaan stonden achter ons...
Een reactie posten