CE 5 laat zich laat op de avond in de luren leggen.
We waren voor aanvang nog hoopvol gestemd en met de voorsprong die Piet Verheij ons bezorgde, groeide het geloof in een goed resultaat tegen het op papier sterkste team in klasse 2B.
Piet kwam beslagen ten ijs op bord 1. Zijn aanvalsdrift kent soms geen grenzen en dat werd hem dit keer bijna weer fataal. Tegenstander Han Smit was hard op weg naar de overwinning, ware het niet dat hij zijn Dame in het springveld van Piets Paard liet staan. Een mazzeltje.
Dat daarna nog maar een half punt uit de overige zeven partijen behaald werd, was vrij bizar te noemen want we stonden over het algemeen niet minder.
Aad Everwijn - John van de Laar |
John: "Hier was ik niet ontevreden over mijn stelling. Een pionnetje voor en geen achterstand in ontwikkeling. De damevleugel van wit was een soort opeenhoping van niet ontwikkelde stukken...
Schoonheidsfoutjes waren mijn zwaktes nadat ik op e6 had terug moeten slaan, waardoor mijn koningsvleugel wel eens een zorgenkindje kon worden tegenover een snelle dame-uitval ondersteund door een brandend loperpaar. Grootste euvel? De koning is nog niet veilig!
Mijn overdachte keuzes waren:
[16...0–0; 16...Df6; 16...De7, 16...Pe7]
16...0-0 vertrouwde ik niet, omdat ik bang was dat na 17.Dh5 ik ergens mat zou gaan.
16...Df6 vond ik precair, omdat de f-lijn in één zet opengegooid kon worden.
Na 16...De7 was ik bang voor 17.Te1 en de aanval van de witvelderige loper samen met de dame.
Dus ik koos voor 16...Pe7 waarmee ik het openen van de f-lijn zou tegenhouden.
17.Dg4
Een logische dubbele aanval die ik zwaar had onderschat. Ik dacht: “sla maar op g7, dan zet ik mijn torens op je koningsstelling.”
17...Dd6?
Misschien had ik het met 17...Dd7 nog kunnen redden, maar het initiatief lag al helemaal in wits handen.
18.Te1
Simpel, maar ó zo effectief.
18...0–0–0? 19.b3! En het paard kan nergens meer met goed fatsoen heen. Op zet 43 gaf ik op, maar dat had 24 zetten daarvoor ook al gekund.
Mijn overdachte keuzes waren:
[16...0–0; 16...Df6; 16...De7, 16...Pe7]
16...0-0 vertrouwde ik niet, omdat ik bang was dat na 17.Dh5 ik ergens mat zou gaan.
16...Df6 vond ik precair, omdat de f-lijn in één zet opengegooid kon worden.
Na 16...De7 was ik bang voor 17.Te1 en de aanval van de witvelderige loper samen met de dame.
Dus ik koos voor 16...Pe7 waarmee ik het openen van de f-lijn zou tegenhouden.
17.Dg4
Een logische dubbele aanval die ik zwaar had onderschat. Ik dacht: “sla maar op g7, dan zet ik mijn torens op je koningsstelling.”
17...Dd6?
Misschien had ik het met 17...Dd7 nog kunnen redden, maar het initiatief lag al helemaal in wits handen.
18.Te1
Simpel, maar ó zo effectief.
18...0–0–0? 19.b3! En het paard kan nergens meer met goed fatsoen heen. Op zet 43 gaf ik op, maar dat had 24 zetten daarvoor ook al gekund.
Had ik op zet 16 nou maar wat langer nagedacht, want achteraf waren 0-0 en Df6 helemaal niet zo slecht. In ieder geval beter dan in de partij...''
Gerrit Boer moest na een gelijkopgaande partij het onderspit delven in het paardeindspel.
Peter de Joode speelde net zo passief als zijn tegenstander. Het eindspel met dubbele torens en enkele dames leek voor de amateur vrij gelijkwaardig, maar het oog van de Meester waardeerde de activiteit van de zwarte stelling als doorslaggevend. Het eindspel werd Kloek uitgetikt terwijl Peter met steeds meer oe's en aa's de nul zijn kant op zag komen.
Ondergetekende kwam aardig uit de opening en verkreeg het loperpaar dat nog wel tot wasdom moest komen. In tijdnoodfase forceerde ik de zaak om het loperpaar tot zijn recht te laten komen. Er volgde een tactische strijd waarin ik een stuk won voor enkele pionnen. Het eindspel dat ontstond kon in tijdnoodfase beide kanten op maar na enkele zetten was het al voorbij omdat ik mijn onderste rij ongedekt liet en tegenstander Arnout Kempen er dankbaar gebruik van maakte om mij mat te geven.
Herman van Malde begon goed aan zijn partij en zijn stelling kende niet veel problemen. Daarna liet Herman te veel tijd wegslinken wat in tijdnoodfase een stuk kostte en de partij.
Menno Brandenburg - Daan Smit |
Niels van Diejen - Henk Kootkar |
Henk: "Zwart aan zet. Ik voel dat er iets in de stelling zit en denk lang na. Ik kijk naar Lh4 maar speel Tb3?????? Na later nog een goede voortzetting gemist te hebben verzandde de bloedstollende partij in remise.
Saillant detail : De meisjesnaam van de moeder van mijn tegenstander is........ Kootkar!!!
Familie? Waarschijnlijk wel."
We lopen promotie weer mis. Is HZP Schiedam vorig seizoen te sterk geweest, dit seizoen is de concurrentie te groot met Overschie 2 als terechte kampioen. In de laatste wedstrijd tegen Messemaker 3 staat er voor CE 5 niet meer dan de eer op het spel.
De mannen van Overschie 2 feliciteren we natuurlijk van harte met hun kampioenschap!
Dank voor de heerlijke champagne.
2 opmerkingen:
Ja Henk, Lh4 zien en dan niet spelen, dat is net zoiets als stukken weggeven. Mag je nog blij zijn met remise.
John,
Je hebt helaas helemaal gelijk!!
Eigenlijk is het nog erger,
Een reactie posten