Met de kleinst mogelijke overwinning op RSR 4 heeft
het vijfde voldaan aan het doel om volop mee te blijven doen om het
kampioenschap / promotie. Als teamleider ben ik dan ook trots op onze spelers.
In dit verslag beperk ik me tot de schaaktechnische
aspecten.
Het strijdperk was in het NIVON-centrum, waar RSR
thuis speelt.
De eerste uitslag viel aan bord 8. Wouter Scheffer had
van doen met Jan Hendrik Leopold (zwart). Wit leek in mijn optiek beter na de
opening te staan. Met pionnen op d4 en e4 had wit de overhand in het centrum.
Ergens werden de dames geruild en Jan Hendrik kreeg makkelijker spel. Later
ruilde Jan Hendrik 1 van zijn stukken voor 2 stukken van zijn tegenstander.
Deze zwendel bezorgde ons het eerste punt. (0-1)
Gerrit Boer (wit) speelde aan bord 7 tegen Martin
Jaspers Focks. Wit koos voor 0-0-0 en zwart voor 0-0. Beide partijen zetten hun
aanval op richting de vijandelijke koning. Gerrit moest dit wel met een pion
minder doen. Langzaam maar zeker drong zwart de witte stelling binnen. Onderweg
verloor wit ook nog een kwaliteit en verlies bleek onvermijdelijk. (1-1)
Dan komen we bij onze voorzitter André Osinga (zwart). Aan bord 6 bestreed hij de
geestesproducten van Wijnand Dobbinga. De dames werden gauw geruild en een wit
paard en een witte loper leken de zwarte ontwikkeling te bemoeilijken. Door
veel te ruilen kwam zwart onder de druk vandaan en er ontstond een eindspel van
T+L voor wit en T+P voor zwart, beide een handvol pionnen maar wit eentje meer.
Wit kon echter dit materiële voordeel niet benutten. (1,5-1,5)
Aan bord 3 zat Piet (wit) tegenover Leo van Dongen.
Piet speelde een opening waarin zijn tegenstander niet goed in thuis was. Piet
bouwde een degelijk voordeel op, won een pion en wikkelde af naar een gunstig
eindspel waarin wit geen echte zwaktes had en zwart enkele geïsoleerde pionnen.
Piet wist er wel raad mee. (1,5-2,5)
Peter de Joode (zwart) aan bord 4 mat zijn krachten
met Arrian Rutten. Zwart kreeg een positioneel comfortabele stelling. Wit had
te maken met een versplinterde pionnenstructuur op de damevleugel en een loper
die slechts eraan hing. Een goede stelling weten te krijgen is een ding, het
potje uithalen is het tweede. Peter forceerde de damevleugel wat resulteerde in
een vrije a-pion voor hem en een vrije c-pion voor Arrian. Ze hielden elkaar in
evenwicht. (2-3)
Henk Kootkar (wit) en Arend Bongers speelden een echte
positionele partij waarin beide c-pionnen ontbraken. Wit leek aanvankelijk met
een paard op e5 druk op de zwarte stelling te hebben. Na verloop stond zwart
beter. Met verdubbelde torens op de enige open c-lijn leek zwart de touwtjes
stevig in handen te hebben. Daarvoor waren de dames al afgeruild. Verder heb ik
niets mee kunnen krijgen van deze partij die tot mijn blije verbazing in remise
eindigde. (2.5-3,5)
Marcel den Bleker (wit) had de eer om matchwinnaar te
zijn. Als er een zwaarbevochten winstpartij was, dan was het deze wel.
Tegenstander aan bord 1 was Pim Uytdewilligen. Er kwam een damegambiet op het
bord waarin wit de dameloper binnen de pionnenketen hield en zwart zijn
dameloper erbuiten ontwikkelde. Daarbij werd wit's licht-velderige loper
afgeruild voor een paard; allemaal verwikkelingen die normaal gesproken in een
damegambiet niet in het voordeel van wit zijn. Marcel vocht zich goed terug en
in het eindspel slaagde hij er zelfs in, na alles op alles te hebben gezet, een
beslissende vrijpion te creëren. (2,5-4,5)
De laatst afgelopen partij ging tussen twee grote
tijdverbruikers: Lola den Dunnen en ondergetekende (zwart). In een
Karlsbadstructuur zette wit een minderheidsaanval in gang waar zwart nog lange
tijd de Karlsbad aan het beproeven was. Wit's aanval bleek niet effectief en zo
had de partij nogal een statisch karakter. De partij ontbrandde pas in hevige
tijdnood waarin wit de damevleugel op slot gooide en zwart de vrije hand op de
koningsvleugel kreeg. De witte koning werd vanuit alle kanten ontmanteld maar
de tijd liet de doodsteek niet toe. (3,5-4,5)
Al met al complimenten voor het hele team. Dank gaat
speciaal uit naar André, Gerrit
en Jan Hendrik die met verve hun invalbeurt hebben aangegrepen.
Eduard Smits
Wit: Marcel den Bleker (1933)
Zwart: Pim Uytdewilligen (1824)
RSB 2e Klasse, 10-1-2014
aantekeningen: Marcel
Viewer by ChessTempo
1 opmerking:
Lees ik net in de mail van een clubgenoot:
"want RSR IT-4 is gisteravond met liefst 7-1 door Schiedam-1 weggeveegd....."
Zullen zij wel gewoon "vlag" hebben geroepen met de hulp van een neutrale wedstrijdleider?
Een reactie posten