CE 3 heeft gisteravond met 2 invallers in de gelederen het seizoen prachtig besloten door de 100%-score behouden. Het deed dat door het toch nauwelijks zwak te noemen Overschie overtuigend aan de kant te schuiven. Kopman Erik van den Berg was hierbij niet eens benodigd.
De avond begon niet briljant doordat Piet, eerder dit seizoen twee keer geweldig goed ingevallen, met wit aan bord 8 te woest ten aanval trok tegen Everwijn (1848). Piet speelt de laatste twee seizoenen heel sterk, maar af en toe komt het toch nog voor dat hij iets te driest te werk gaat. Complimenten niettemin aan zijn tegenstander, die het hoofd koel hield en kalm het volle punt binnenhaalde. Zelf heb ik aan den lijve ondervonden hoe moeilijk het is om tegen Piet te spelen tegenwoordig.
Carel besloot zijn briljante seizoen door ditmaal met zwart aan bord 1 de sterke Albert Segers te verslaan in een zeer interessant middenspel, waarin wit 3 pionnen had tegen een loper. Met ook alle torens nog op het bord slaagde Carel erin om achter de linies te komen, waarna Segers zijn koning moest omleggen. Een geweldig seizoen voor Carel, die met 5 uit 6 aan de hogere borden een TPR heeft van ruim boven de 2150. Dat hij niet alleen met wit beestachtig sterk is, maar ook met zwart behoorlijke kracht uitstraalt, bewees hij gisteren. Die rating van 1895 van hem, een dieptepunt in jaren, was natuurlijk een bespottelijk getal en we zullen hem er nog jaren mee treiteren, maar het mooiste is natuurlijk dat de tegenstanders hiermee zand in de ogen is gestrooid. Damhuis noemde ons team luttele maanden geleden nog zwak, hierbij over het hoofd ziend dat diverse spelers binnen ons team beduidend sterker zijn dan hun rating. Carel is hiervan het meest sprekende voorbeeld.
Zelf had ik intussen met wit aan bord 2 een zeer comfortabele stelling bereikt nadat mijn tegenstander Han Smit (1950) mij in een gambiet dwong. Het was een bekende variant waarin weliswaar niet direkt duidelijk is voor wit hoe hij precies moet cashen, maar waarin zwart eigenlijk is gedwongen tot langdurige passiviteit. Nadat hij eerst de pion had moeten teruggeven was zwart die passiviteit beu en werd hij ongeduldig; hij begon hierbij een onnauwkeurigheid die hem de kwaliteit kostte. Ruim voordien al en ook nadien heb ik naar tevredenheid een techniek toegepast die ik wil cultiveren: niet altijd maar tegen beter weten in op zoek gaan naar een definitief winstplan (ook in stellingen waar je beter staat), maar tijd besparen door natuurlijke zetten te blijven doen die op algemene gronden goed zijn. Op deze manier voorkwam ik prangende tijdnood (al blijft de tijd wat mij betreft een kwetsbare factor, vooral met het veredelde rapidtempo dat het RSB-tempo eigenlijk is) en kon de veilige haven vrij eenvoudig worden bereikt. Tussenstand 2-1 met winst aan de eerste twee borden; CE3 heeft bewezen dat het voor succes slechts ten dele afhankelijk is van Van den Berg, hoe sterk hij ook is en hoe blij we ook zijn hem te zien. Ook voor mij een bevredigend seizoen: + 2 aan de hogere borden (alles remise of gewonnen met alleen een verlies tegen John van Baarle), TPR ongeveer 1975 en daarmee minstens aan de verwachting voldaan.
Het volgende succesnummer van CE 3 dit seizoen heet Ab Kamman, die aan bord 4 met wit tegen Daniël Smit een soepele remise scoorde. Het middenspel was in balans (met wel een ruimtevoordeel voor wit) en helaas heb ik nadien niet veel meer van de partij gezien; plotseling was het remise. Smit had een TPR van 2100+ en draait dus een heel goed seizoen; Ab kan derhalve tevreden zijn met dit resultaat. Zelf scoorde Ab ruim volgens verwachting: TPR ongeveer 1935.
Sascha pikte met zwart aan bord 5 tegen Arnout van Kempen (1886) een pion op b2 in de veronderstelling dat deze niet giftig zou zijn. Iedere schaker weet hoe moeilijk deze beoordeling kan zijn en ditmaal had Sascha gelijk; spoedig nadien liep hij glunderend door de speelzaal met het volle punt op zak, à la John van de Laar "sssssssssssssssssst!" roepend tegen de watjes uit de promotieklasse die volgend jaar geslachtofferd zullen worden tegen de beesten van CE 3. Binnenkort wordt hij vader, dus over pakweg 9 jaar (veel langer zal het waarschijnlijk niet duren) zal CE weer een talentje hebben dat dan rijp is voor de derde klasse KNSB.
Zelf trok Sascha met dit resultaat zijn TPR op tot ongeveer 1878, zodat hij de schade van een naar het zich aanvankelijk liet aanzien zijnerzijds matig seizoen drastisch beperkt bleef; uiteindelijk voldeed hij vrijwel aan de verwachte score. Een belangrijke factor in het succes van CE is dat mensen die niet heel goed in vorm zijn, toch steeds het onderste uit de kan weten te halen en blijven strijden om de schade beperkt te houden. Legt een speler in suboptimale vorm steeds te makkelijk het hoofd in de schoot, dan heeft dat gevolgen voor het hele team en in zulke gevallen kan een seizoen heel anders aflopen. Complimenten daarom voor Sascha en ieder ander binnen de club die dit besef uitdraagt (Jesus bijvoorbeeld). Wedstrijdmentaliteit!
Met een lekkere 3,5-1,5 tussenstand konden tot slot de 3 overgebleven borden worden gevolgd. Invaller Peter Overduin had met zwart aan bord 7 tegen Kloek (1779) een comfortabele stelling bereikt met een kwaliteit meer. Wit had met een sterke loper op d5 wel degelijk compensatie, al zag ik met verder alleen een witte toren en dame de kansen beter in voor zwart. Plotseling echter stond Peter verloren; hij moet de kwaliteit hebben weggegeven en daarbij stond hij 2 pionnen in het nadeel, waarna hij het niet meer kon houden. Jesus, ditmaal aan bord 6 met wit tegen Ronald Verbeek (1633), had inmiddels een eindspel dat mijns inziens voordelig was voor hem, met wit paard tegen zwarte witveldige loper een geïsoleerde zwarte pion op d5. Zo de steling uberhaupt te winnen was, eenvoudig was dat geenszins geweest en beide spelers kwamen remise overeen, waarbij Jesus in de wetenschap verkeerde dat hij hiermee een beslissend halfje voor het team binnenhaalde. Jesus begon dit seizoen ongelukkig met 3 nullen, waarbij hij wél een aantal sterke tegenstanders aan de hogere borden wegving. Nadien herstel met 2 winstpartijen; algeheel een TPR van ongeveer 1780: een bevredigend herstel in een ongelukkig begonnen seizoen, al zal hij gisteravond liever hebben gewonnen.
Viktor tot slot had als enige overgebleven CE'er met zwart aan bord 3 tegen Jeroen van der Meer (1884) een dubbel toreneindspel met een pion meer. Met nog ruim 6 minuten tegen 1,5 voor zijn tegenstander verspeelde hij wat teveel tijd, maar wit zag duidelijke remisekansen (varkens op de vijfde rij) over het hoofd en toen hij hoorde dat de stand 4-3 was in ons voordeel, deed hij zelfs een onverantwoorde winstpoging, waarbij hij een toren weggaf. Viktor tikte het daarna simpel uit. Met een TPR van 2020 kan hij spreken van een heel goed seizoen en is hij van grote waarde geweest voor het team, waarbij hij aan de staartborden gretig punten heeft gegraaid en uiteindelijk de hegemonie van CE 3 illustreerde door nu ook aan bord 3 zijn mannetje te staan.
Afwezig waren Hans van Calmthout, die met een TPR van 1856 ongeveer aan de verwachtingen voldeed en van grote waarde was door met zijn routine belangrijke punten te halen aan bord 6-8. Zijn overwinning tegen Schiedam was voor het beloop van het seizoen cruciaal. Kopman Erik van den Berg tot slot was met 3 winstpartijen en 2 remises aan de hogere borden (vaak bord 1 of 2) briljant en scoorde met een TPR van 2085 ruim boven verwachting. Hij was van grote waarde en ook zíjn overwinning tegen Schiedam was cruciaal.
Dan de invallers. Het succes van CE (niet alleen CE 3, maar ook alle andere teams) is afhankelijk geweest van de positieve instelling van velen, onder wie menig speler die eerst zijn plaats in zijn (inmiddels) voormalig team heeft moeten afstaan en nadien gevraagd werd om de kastanjes voor het voormalige team uit het vuur te halen wegens afwezigheid van anderen die wél een plaats in datzelfde team gegund was. Ik heb enorm veel respect voor de mentaliteit die een ieder in dit proces getoond heeft en het is één van de factoren die onze club sterk maken! Zonder invallers was CE 3 dit seizoen beslist geen kampioen geworden en langs deze weg wil ik John, Herman, Peter en Piet nogmaals bedanken. Gezamenlijk scoorden zij met 5 uit 8 een TPR van ongeveer 1845 en dit is hoger dan de gemiddelde rating in deze klasse! CE 3 trad dit seizoen slechts twee keer aan in de oorspronkelijke opstelling en gezien het feit dat de invallers gezamenlijk 8 partijen voor CE 3 speelden, durf ik makkelijk de stelling te verdedigen dat ook de invallers eigenlijk deel uitmaken van CE 3.
Gezien de voortdurende groei van de club, waarbij nu reeds bekend is dat er meerdere spelers nieuw in de (veelal hogere) teams van CE zullen uitkomen, loopt iedereen nu opnieuw het risico een team naar beneden door te schuiven. Gelukkig zijn er al velen die reeds hebben aangegeven dat geen enkel probleem te vinden, al blijf ik het wrang vinden dat een speler in het ene seizoen kampioen kan worden in de ene klasse en vervolgens daarmee beloond wordt met een plek in een klasse lager! Het is daarom van het grootste belang dat de teams qua niveau goed op elkaar aansluiten, zodat opschuiven naar een team lager niet automatisch een sportieve degradatie inhoudt. Deze aansluiting is dankij veler inspanning behoorlijk goed gerealiseerd, al is nu al zichtbaar dat CE 5 volgend jaar hoe dan ook moet promoveren.
Uiteindelijk zal de oplettende lezer, al zal de echte schaakkenner de term wel kennen, zich nog afvragen wat ik bedoel met varkens op de vijfde rij. Niet de spelers uit de promotieklasse die voor het spelen van de laatste ronde bij ons op de club te gast waren en niet het fatsoen hadden op beslissende momenten hun muil te houden en evenmin de racistische voetbalsupporter op zaterdagavond of zondagmiddag in het stadion, maar twee op één rij verbonden torens die met schaakjes of erger (bijvoorbeeld dreiging van epaulettemat) de vijandige koning op de naburige rij in bedwang houden.
En wie niet weet wat epaulettemat is, weet dat het tijd is eens de trainingen op de club te volgen!
Filip Borst
zaterdag 4 april 2009
CE 3 eindigt op 100%
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
5 opmerkingen:
Met het oplopende puntenaantal van het derde heeft de lengte van de stukken van Filip gelijke tred gehouden. Gelukkig zijn er maar zeven ronden, ik had al twee biertjes nodig om hier doorheen te komen. Wel mooi gedaan mannen, jammer alleen dat die Everwijn toch weer wint, ik heb er ook al 0 uit 2 tegen...
Ondanks de negatieve opmerking van Fillip, moet er gezegd worden dat het gisteren gezellig was. Het is niet meer dan menselijk dat een team dat net afgerond is de wedstrijd met elkaar evalueert en analyseert. Daardoor komt ook het sociale karakter naar voren.
Ironisch gezien was degene die dit jaar de meeste mensen tot stilte maande, Gerard Kool, gisteren een van de luidruchtigste toeschouwer was. Hopelijk zal hij het komende jaar zich dat realiseren indien hij anderen wat te enthousiast tot stilte maant.
Het is een goed idee volgend jaar de slotronde van de Promotie (en misschien ook van andere klassen) gezamenlijk te spelen. Het vergroot de sfeer binnen de gehele RSB.
De negatieve reactie van Fillip betrof overigens alleen het geluid van de toeschouwers.
De negatieve reactie was ook deels met een knipoog bedoeld (boos was ik namelijk niet), al blijt de ondertoon wel dat ik vind dat het odner dergelijke omstandigheden rustiger moet zijn. En ook de spelers van de teams van de promotieklasse waren wel degelijk te luid.
Dus Peter: óf je drinkt je bier snel, óf je leest langzaam. En Everwijn-Pernis 3-0! Een geluk voor John Leer dat hij niet tegen Everwijn heeft moeten spelen, anders had hij kunnen fluiten naar zijn topscore.
Een reactie posten